Stop de overproductie!
De markt stuurt de consument, en spoort die aan om steeds maar meer te blijven kopen. In modewinkels wordt maandelijks, of soms zelfs tweewekelijks de hele collectie weggegooid, zodat er steeds maar nieuwe kleren in kunnen hangen. Dit zorgt ervoor dat 85% van al het geproduceerde textiel binnen een jaar op de stort belandt.
Kleding wordt ook niet gemaakt om lang gedragen te worden: er is geen oog voor duurzaamheid in de productie, omdat het niet de bedoeling is dat kleding vaker dan één of twee keer gedragen wordt. Door deze lage kwaliteit aan te bieden aan klanten, creëert de markt vanzelf een nieuwe vraag naar meer.
Bedrijven en instanties die tweedehandskleding inzamelen en die vol goede bedoelingen naar Afrikaanse landen sturen, zien die kleding daar ongedragen op gigantische bergen belanden, omdat er een overweldigend overschot is. Er zijn inmiddels zo veel kleren in de wereld dat de komende zes generaties ermee kunnen worden gekleed. Toch draait de mode-industrie op volle toeren, en blijft aangestuurd worden op consumeren.
Door middel van uitverkoopacties wordt niet alleen de consument aangejaagd om meer te kopen, maar worden ook de medewerkers in de winkels onredelijk overbelast. In België mogen bedrijven maar twee keer per jaar (in januari en in juli) soortgelijke acties houden. Dat zo’n regeling in Nederland niet bestaat, betekent niet dat het niet beter zou zijn.
Ook de continue bereikbaarheid van winkels zorgt voor overconsumptie. Voor het winkelpersoneel zorgen de exorbitante openingstijden behalve voor overbelasting en onregelmatige uren, ook voor minder binding met de collega’s, wat vakbondvorming ontmoedigt.
Als laatste merken wij op dat het onmogelijk is om over straat te gaan, of het internet te gebruiken, zonder fastfashionreclames tegen te komen. Deze continue overstimulatie spoort aan tot overconsumeren, en werkt bovenop koopverslavingen in de hand.
Om deze overproductie te beëindigen, zijn daarom de volgende stappen gewenst:
- het staken van de strategie van kortetermijntrends,
- een garantie van minstens 2 jaar op duurzame kleding,
- een structurele verandering in het productieproces om het aanbod aan te passen aan de vraag, in plaats van de vraag te vergroten door het aanbod te verveelvoudigen,
- een eind aan het weggooien, verbranden of op andere manieren wegdoen van eerstehandskleding die niet verkocht is,
- geen uitverkoopacties meer,
- een eind aan de overdaad aan koopavonden en koopzondagen,
- het volledig stopzetten van reclames voor producten die het klimaat beschadigen.
1. Vertel de waarheid!
De fast fashion-industrie vecht om haar geloofwaardigheid te behouden door zichzelf als duurzamer op de markt te brengen dan ze werkelijk is. We weten dat bedrijven vaak liegen en bedriegen. Er is geen standaard om ze aan te houden.
Wij eisen eerlijkheid en transparantie over de hele productieketen.
2. Stop de overproductie!
Zelfs tweedehandswinkels worden overweldigd door overtollige kleding. Dagelijks worden volle zakken weggegooid, omdat de productie zo hoog is. Uiteindelijk belandt al deze kleding op stortplaatsen en worden zo enorme hoeveelheden natuurlijke bronnen uitgeput.
Wij eisen een einde aan de overproductie van kleding en het voortdurend creëren van nieuwe trends die verkwistende consumptie veroorzaken.
3. Behandel werknemers eerlijk!
Fast fashion is mogelijk dankzij de goedkope inkoopprijzen van producten die over de hele wereld vervoerd worden, omdat het in het buitenland nog steeds mogelijk is om arbeidskrachten in de industrie en detailhandel uit te buiten.
Wij eisen eerlijke lonen, veilige werkomstandigheden en menselijke arbeidsvoorwaarden voor alle arbeiders in zowel de productieketen als de winkel.
4. Promoot duurzame alternatieven!
Veel kledingwinkels zamelen kleding in, onder het voorwendsel dat die dan gerecycled zou worden. Wij hangen met Guerrilla Fashion tweedehandskleding in de rekken, om die weg te geven aan klanten. Onderzoek wijst uit dat de filialen waar wij dat doen, die kleding in de prullenbak gooien.
Wij eisen dat kledingbedrijven actief promotie maken voor het dragen van tweedehandskleding en andere duurzame alternatieven.